Tagarchief: oogfonds

Vroege opsporing betekent behoud van zicht!

fundusfotonormaal
Lees het gehele artikel

Het aantal mensen met een oogprobleem stijgt. De oplossing ligt in voorlichting, preventie en meer oogonderzoek. Het Oogfonds financiert wetenschappelijk oogonderzoek naar het voorkomen en behandelen van oogproblemen, en steunt patiëntenverenigingen in het verbeteren van de kwaliteit van leven voor mensen met een visuele beperking.

De resultaten van wetenschappelijk onderzoek laten zien dat het uitbannen van oogproblemen mogelijk is, als er maar genoeg onderzoek kan worden gedaan. Door oogproblemen in een zo vroeg mogelijk stadium te ontdekken en te behandelen, kan 50 procent van ernstige slechtziendheid en blindheid worden voorkomen.

Zo ook het onderzoek van oogarts dr. Lemij (Oogziekenhuis Rotterdam). Hij speelt een actieve rol bij onderzoek naar glaucoom, vooral op het gebied van beeldvormende technieken voor het (vroegtijdig) opsporen en opvolgen. Als één van de eerste oogartsen paste hij met succes kunstmatige intelligentie (AI) toe bij het opsporen van deze veelvoorkomende oogaandoening. “Vroege opsporing is cruciaal, als je wacht tot de patiënt klachten krijgt, dan ben je veelal te laat.”

Fundus ernstig glaucoom.

Bij glaucoom raken de zenuwvezels van het netvlies beschadigd en sterven af. Gezichtsveldverlies treedt op vanuit de randen van het zicht en wordt geleidelijk steeds ernstiger. De aandoening kent verschillende vormen, openkamerhoekglaucoom komt in Nederland het vaakst voor. Glaucoom is de meest voorkomende oogaandoening die zonder behandeling leidt tot blijvend zichtverlies of zelfs blindheid. “Om de schade te beperken is het belangrijk om in een vroeg stadium de aandoening te diagnosticeren en zo de gevolgen te beperken. Glaucoom is een sluipende oogziekte, heb je (visuele) klachten dan ben je vaak al te laat. In Nederland hebben zo’n 150.000-200.000 mensen glaucoom. Slechts de helft weet dit, deze groep loopt een groot risico om (deels) blind te worden. Zij komen vaak pas bij de oogarts terecht bij verminderd zicht en hun glaucoom heeft hun ogen dan al te ernstig aangetast.

Behandeling van glaucoom is gericht op het verlagen van de oogdruk, meestal door oogdruppels. Bij een derde van de patiënten weten we glaucoom te stoppen. Bij twee derde kunnen we de progressie afremmen. Maar ontstane schade aan de oogzenuw valt niet meer te herstellen.” Opticiens kunnen oogdruk als service meten, want zelf merk je er weinig van. Bij te hoge waarden wordt verwezen naar het ziekenhuis voor nader onderzoek van de binnenkant oog en de oogzenuw. 

Slechts bij 1 op de 3 mensen met een hoge oogdruk ontstaat, veelal na jaren, glaucoom. Er is meer behoefte om glaucoom met een efficiëntere techniek op te sporen. Ook omdat glaucoom in een beginnend stadium vaak (nog) niet herkend wordt door de oogarts/optometrist. “In het Oogziekenhuis Rotterdam zie ik vrijwel alleen maar glaucoom-patiënten, dus ik kan met mijn kennis en ervaring snel zien of iemand deze aandoening heeft of niet. Maar uit onderzoek blijkt dat een oogarts in een algemeen ziekenhuis daar minder ‘geoefend’ in is.

Hans Lemij.

Voor een betere opsporing van glaucoom wilde ik kunstmatige intelligentie inzetten bij de analyse van fundusfoto’s. Van onderzoek uit China wist ik al dat computers fundusfoto’s konden beoordelen op de aanwezigheid van glaucoom. Echter was deze software alleen maar toepasbaar op Chinese ogen. Op niet-Chinese ogen presteerde de Artificial Intelligence (AI) eigenlijk vrij slecht. Mijn idee was om een programma te maken dat bruikbaar was voor ogen van meerdere etniciteiten.”

Om een goed algoritme voor de computersoftware te schrijven moesten eerst 113.000 (anonieme) fundusfoto’s digitaal gelabeld worden. Een select groepje van twintig oogartsen en optometristen gaven de foto’s het label ‘glaucoom’, ‘geen glaucoom’ of ‘niet te beoordelen’. 

Toen eind 2021 alle foto’s gelabeld waren, kon de kunstmatige intelligentie (AI) worden ingezet om computers te ’trainen’ in het herkennen van glaucoom. Uiteindelijk wist een Chinese AI-ontwikkelaar software te schrijven die, op basis van de fundusfoto, 85% van de glaucoom-patiënten kon opsporen. 

“Ik had gehoopt dat 75% met AI kon worden opgespoord, het resultaat (85%) overtrof dus mijn verwachtingen!”

“Met deze nieuwe opsporingstechniek kan het aantal ‘vals positieven’ fors worden verminderd. Digitale screening van de fundusfoto’s is betrouwbaarder dan metingen van de oogdruk. Bovendien wordt met AI de aandoening in een veel eerder stadium ontdekt, vaak al voordat er klachten optreden.”

Het Oogfonds is enorm trots op de mooie resultaten van het onderzoek van dokter Lemij dat mede door het Oogfonds is gefinancierd.

Wanneer je dochtertje je vertelt wat je ziet

dbdfc8b6-c3e1-cb9c-d36f-d9fce1cb8f5c
Lees het gehele artikel

Blind worden zet je wereld op zijn kop. Het overkomt Jan-Jaap (47). Door de (erfelijke) oogziekte retinitis pigmentosa ziet hij bijna niets meer. Toch wil hij nog alles uit het leven halen. Onlangs ging een lang gekoesterde wens in vervulling. Met zijn vrouw en dochtertje zag hij het noorderlicht in Lapland. “Ik koester het dat ik dit met mijn laatste beetje zicht kon ervaren, samen met de mensen van wie ik zoveel houd. Mijn dochter is draagster van dezelfde erfelijke oogaandoening. De wetenschap dat zij net als ik, haar zicht kan verliezen doet me heel veel pijn en wil ik voorkomen.” Het gezin maakte een indrukwekkende reis met veel mooie, maar ook verdrietige momenten. Beleef deze aangrijpende reis mee op oogfonds.nl.

Jan-Jaap is geboren met de erfelijke oogaandoening retinitis pigmentosa, deze ziekte tast de kegeltjes en de staafjes in het netvlies aan. Deze oogaandoening is de bekendste erfelijke aandoening aan het netvlies, ongeveer één op de 3000 Nederlanders krijgt deze ziekte. Vaak met blindheid tot gevolg. Jan-Jaap: “De afgelopen jaren is mijn zicht in rap tempo achteruitgegaan en ben ik nagenoeg blind geworden. Vanwege kokerzicht kijk ik naar de wereld door twee rietjes. Het zicht dat ik nog heb is erg wazig, alsof ik door boterhamzakjes kijk. Als je amper wat kunt zien, stort je wereld in en ben je je zelfstandigheid kwijt. Ineens kwam het besef: ‘Ik ga mijn dochtertje niet zien opgroeien’. Gelukkig heb ik de geboorte nog gezien, maar de blik in haar ogen van verdriet of blijdschap kan ik nooit meer zien. Mijn dochtertje is draagster van dezelfde erfelijke oogaandoening. De wetenschap dat zij dezelfde visuele beperkingen kan krijgen als ik, doet me heel veel pijn. Momenteel draagt ze al een bril met hoge min-sterkte. Laten we hopen dat ze niet, zoals ik, in de toekomst ook zeer slechtziend wordt of zelfs blind.”

Van lab naar kliniek

Prof. dr. Camiel Boon, werkzaam in het AmsterdamUMC, doet al jaren onderzoek naar de mutatie in het gen (RPGR) dat retinitis pigmentosa veroorzaakt. Voor Jan-Jaap is dit onderzoek helaas te laat. Maar voor de volgende generatie is er perspectief om blijvend zichtverlies te voorkomen. Camiel Boon: “Een belangrijke vraag is waarom vrouwelijke draagsters ook visuele klachten kunnen krijgen. Vooral het ontstaan van de ernstige bijziendheid is interessant, zoals ook bij het dochtertje van Jan-Jaap. De uitkomsten helpen om te bepalen in welke fase een bepaalde behandeling effectief is. En daarnaast levert het ook informatie voor het myopieonderzoek op.” Het Oogfonds zet zich in om 400.000 euro te werven, zodat Camiel Boon dit belangrijke vijfjarige onderzoek kan starten.

Blijf zien!

Omdat iedereen wil blijven zien waar hij van houdt, werkt het Oogfonds aan een toekomst waarin niemand meer slechtziend of blind wordt. Daarom investeert het Oogfonds in wetenschappelijk onderzoek, in innovatie, geven ze voorlichting en steunen ze pati ntenverenigingen in hun doel de kwaliteit van leven van mensen met een visuele beperking te verbeteren. De reis van Jan-Jaap en zijn gezin laat de impact zien van een leven zonder zicht. Er is meer geld nodig voor een oplossing!

Het Oogfonds heeft de droom van Jan-Jaap en zijn gezin kunnen verwezenlijken dankzij reisorganisatie Nordic.