Tagarchief: Unicef

UNICEF: Racisme en discriminatie van kinderen wereldwijd aan de orde van de dag

Unknown
Lees het gehele artikel

Racisme en discriminatie van kinderen op basis van hun etniciteit, taal en religie zijn schering en inslag in landen over de hele wereld. Dat schrijft UNICEF in een onderzoeksrapport dat verschijnt naar aanleiding van de 33e verjaardag van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind op 20 november. 

Het onderzoek laat zien hoe racisme en discriminatie van kinderen wereldwijd invloed hebben op onder meer onderwijs, gezondheid en toegang tot overheidsdiensten. Het rapport concludeert dat verschillen tussen etnische groepen aan de orde van de dag zijn en dat die verschillen systematisch zijn. ‘Racisme en discriminatie zorgen voor uitsluiting en achterstanden die een leven lang kunnen duren’,  zegt Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland. ‘Terwijl het beschermen van de rechten van elk kind, wie het ook is en waar het ook vandaan komt, noodzakelijk is om een ​​vreedzamere, welvarendere en rechtvaardigere wereld op te bouwen voor iedereen.’

Discriminatie en uitsluiting verergeren achterstanden en armoede. Zo zorgt discriminatie voor een slechtere gezondheid, minder voedselzekerheid, lagere leerresultaten en een grotere kans op opsluiting in gevangenschap. Het leidt ook tot meer tienerzwangerschappen, lagere arbeidsparticipatie en lagere lonen op volwassen leeftijd. Het rapport benadrukt hoe discriminatie en uitsluiting soms al generaties lang voortduren voor miljoenen kinderen, die daardoor slechter toegang hebben tot vaccinaties, schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen en een eerlijk rechtssysteem.

Discriminatie uit zich onder meer in toegang tot onderwijs. Het rapport laat in een analyse van 22 landen zien dat kinderen uit gemarginaliseerde etnische, taal- en religieuze groepen in leesvaardigheid ver achterblijven bij hun leeftijdsgenoten. Leerlingen tussen 7 en 14 jaar uit de meest bevoordeelde groepen hebben juist meer dan twee keer zoveel kans om basale leesvaardigheid op te doen dan leerlingen uit de minst bevoordeelde groep.

Ook registratie van geboorte-aangiften laat grote verschillen zien tussen kinderen van verschillende religieuze en etnische groepen in een land. Geboorte-registratie is een belangrijke voorwaarde om toegang te krijgen tot basisvoorzieningen. In de Democratische Volksrepubliek Laos wordt bijvoorbeeld bij 59 procent van de kinderen onder de 5 jaar uit de Mon-Khmer-minderheidsgroep bij de geboorte geregistreerd, tegenover 80 procent bij de Lao-Tai-etnische groep.

Het rapport benadrukt ook hoe kinderen en jongeren de last van discriminatie in hun dagelijks leven voelen. Uit een enquête die meer dan 407.000 reacties opleverde, blijkt dat bijna twee derde van de ondervraagden vindt dat discriminatie veel voorkomt in hun omgeving. Bijna de helft van de jongeren vindt dat discriminatie hun leven of dat van iemand die ze kennen duidelijk beïnvloedt.

Over World Children’s Day op 20 november
Voor miljoenen kinderen over de hele wereld zijn kinderrechten helaas niet vanzelfsprekend. Om ervoor te zorgen dat alle kinderen in de wereld veilig kunnen opgroeien en zich optimaal kunnen ontwikkelen, hebben de Verenigde Naties op 20 november 1989 in New York het Kinderrechtenverdrag aangenomen Alle landen van de wereld hebben de rechten van kinderen samen vastgelegd in een verdrag met 54 artikelen, van het recht op onderwijs tot het recht op bescherming tegen oorlog. Toch worden kinderrechten nog wereldwijd geschonden. UNICEF is de VN-kinderrechtenorganisatie die regeringen adviseert, bedrijven overtuigt en bij wereldleiders pleit voor het waarborgen van kinderrechten. Zondag 20 november is de 33e verjaardag van het Kinderrechtenverdrag.

UNICEF: 6 op 10 jongeren bezorgd over stijgende prijzen en geldproblemen

pexels-steve-johnson-1006060
Lees het gehele artikel

6 op de 10 jongeren in Nederland zegt zorgen te hebben door het stijgen van de prijzen in het afgelopen jaar. Ook geeft 1 op de 5 jongeren aan thuis met geldzorgen te maken te hebben. Dat veroorzaakt bij deze jongeren stress, frustratie, boosheid en verdriet. Ruim een kwart (28 procent) van die jongeren praat daar met niemand over. Dat blijkt uit een representatieve peiling van VN-kinderrechtenorganisatie UNICEF Nederland, waarin ruim duizend jongeren, tussen de tien en achttien, zijn gevraagd naar hun ervaringen met geldzorgen. 

‘Ik kan mijn vrienden niet thuis uitnodigen, want dat kost extra geld voor eten en drinken”, zegt één van de deelnemers aan de jongerenopiniepeiling. Uit de jongerenpeiling blijkt dat bijna één op de vijf (18%) van de jongeren met geldzorgen zich schaamt voor de geldzorgen thuis. En dat is zorgwekkend, zegt Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland: “Jongeren krijgen heel goed mee wat er aan de hand is. Maar als een kwart van de jongeren met niemand praat over de geldzorgen die zij ervaren, zal dat effect hebben op hun mentale welzijn en gevolgen hebben voor de mate waarin ze kunnen deelnemen in de samenleving. Door de zorgen bespreekbaar te maken, kunnen jongeren aangeven wat zij nodig hebben en kunnen ouders en professionals rond het kind kijken welke mogelijkheden daarvoor zijn.” 

‘We zitten alleen nog maar thuis’, zegt een van de jongeren in de jongerenopiniepeiling. Een ander vertelt: ‘Ik merk het aan oudere kleren, waar ik ook niet mee mag spelen’. Weer andere jongeren zeggen: ‘Wij stoken hout om de verwarming uit te laten’ en ‘Ik vind het zielig voor mijn moeder’

De VN-kinderrechtenorganisatie roept landelijke en lokale overheden op om kinderen centraal te stellen bij de aanpak van geldproblemen en armoede. Zo kunnen kinderen volwaardig mee blijven doen ondanks geldzorgen van henzelf of hun ouders. Ook benadrukt UNICEF het belang van het luisteren naar kinderen en jongeren. Door actief om hun mening te vragen, is er beter zicht op de problemen die jongeren ervaren en wat zij nodig hebben.  

Jongerenopiniepeiling UNICEF 

De peiling onder kinderen en jongeren van 10-18 jaar is de derde in een reeks onderzoeken die UNICEF Nederland dit jaar uitvoert. De kinderrechtenorganisatie doet de peilingen om te onderzoeken wat kinderen en jongeren bezighoudt en om op die manier de stem van jongeren te kunnen laten horen. UNICEF geeft zo invulling aan artikel 12 van het Kinderrechtenverdrag. Daarin staat dat kinderen het recht hebben om gehoord te worden en om hun mening te geven over zaken die hen aangaan. De Jongerenopiniepeiling is uitgevoerd door No Ties in opdracht van UNICEF Nederland. In totaal hebben 1.040 jongeren van 10 jaar tot 18 jaar aan het onderzoek. De resultaten zijn gewogen op leeftijd, geslacht, sociale klasse van het huishouden en regio. 

UNICEF: Haal alleenreizende kinderen uit de crisisnoodopvang

unic_original
Lees het gehele artikel

UNICEF maakt zich grote zorgen over de alleenreizende minderjarige asielzoekers die sinds afgelopen weekend vanuit Ter Apel in de crisisnoodopvang worden geplaatst. Alleenreizende kinderen horen niet thuis in deze locaties. Er is nauwelijks zicht op de kinderen, het is onveilig en de kinderen missen zorg en onderwijs. UNICEF wil dat het kabinet en gemeenten de alleenreizende kinderen zo snel mogelijk uit de crisisnoodopvang halen en onderbrengen in kleinschalige, stabiele en veilige opvang. 

‘In de huidige opvangcrisis zijn alleenreizende kinderen de meest kwetsbare groep’, zegt Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland. ‘Zij worden nu geplaatst in de crisisnoodopvang waarvan is afgesproken dat alleenreizende minderjarigen daar niet thuishoren. Nooit eerder is dit gebeurd, ook niet tijdens de vorige opvangcrisis in 2015. Dit is schadelijk voor deze toch al kwetsbare kinderen. In Ter Apel zagen we al signalen van verwaarlozing. Kinderen slapen op stoelen, onduidelijk is of iedereen voldoende eten te heeft gehad en er is te weinig zicht op veiligheid. Overplaatsing naar crisisnoodopvang vermindert de nood van deze kinderen niet. Het is een kortetermijnoplossing waarbij het belang van kinderen uit het oog is verloren.’  

Crisisnoodopvanglocaties zijn door gemeenten opgezet om het tekort aan plaatsen in de noodopvang op te vangen. In de tijdelijke, sobere en vaak grootschalige locaties, zoals gymzalen en tenten, verblijven vaak honderden asielzoekers maximaal enkele weken. In de crisislocaties ontbreekt het aan voor kinderen essentiële voorzieningen als onderwijs, begeleiding, toezicht en zorg. Voor alleenreizende kinderen die vaak al veel hebben meegemaakt, betekent dit dat ze volledig op zichzelf zijn aangewezen. Begeleiding of bescherming is er niet. Het gaat om kinderen die soms pas 15 jaar zijn. 

UNICEF schat dat het in totaal om 350 alleenreizende minderjarigen gaat, die afgelopen weekend in de chaos in Ter Apel verbleven. Sommige kinderen sliepen de afgelopen periode onder meer in het kantoor van de IND op stoelen. Inmiddels zijn 125 minderjarigen verhuisd naar crisisnoodopvanglocaties waar ze twee of maximaal vier weken kunnen blijven. Dagelijks komen nieuwe alleenreizende kinderen in Ter Apel aan. Onduidelijk is wie verantwoordelijkheid neemt voor hun begeleiding, het regelen van onderwijs en wie de kinderen helpt als er incidenten zijn. 

Suzanne Laszlo: ‘Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de crisisnoodopvang, het ministerie van Justitie en Veiligheid en COA hebben afgesproken dat alleenreizende minderjarigen daar niet in terecht mogen komen. Toch gebeurt het nu. We laten elke keer opnieuw een ondergrens los. Dat is schadelijk voor deze kinderen die nou juist onze bescherming nodig hebben.’

UNICEF: Onderwijsverbod voor meisjes heeft grote impact op economie Afghanistan

Unknown
Lees het gehele artikel

Het onderwijsverbod voor meisjes zorgt voor een verlies van ten minste 500 miljoen dollar voor de Afghaanse economie in de afgelopen 12 maanden. Dat blijkt uit een analyse die UNICEF precies een jaar na de machtsovername in Afghanistan naar buiten brengt. UNICEF becijfert dat het weghouden van meisjes van de middelbare school Afghanistan 2,5% van het jaarlijkse bruto binnenlands product (BBP) kost. Hierin zijn de schrijnende en verstrekkende gevolgen voor de gezondheid en het welzijn van de meisjes zelf niet meegenomen.

Het onderwijsverbod voor meisjes in Afghanistan heeft grote economische impact, stelt UNICEF. In Afghanistan zijn op dit moment drie miljoen meisjes in de middelbare schoolleeftijd. Als zij hun school kunnen afronden en gaan werken, zou de bijdrage van deze meisjes en vrouwen aan de Afghaanse economie tenminste 5,4 miljard dollar zijn. 

De berekeningen houden geen rekening met de niet-financiële gevolgen van het onderwijsverbod voor meisjes. Zoals het toenemende tekort aan vrouwelijke leerkrachten, artsen en verpleegkundigen en stijgende zorgkosten in verband met zwangerschappen tijdens de adolescentie. De schatting houdt ook geen rekening met de specifieke voordelen van onderwijs, waaronder het algemene opleidingsniveau, het terugdringen van kindhuwelijken en het verminderen van kindersterfte.

‘Het besluit van de Afghaanse autoriteiten van 23 maart om meisjes niet meer naar de middelbare school te laten gaan, was diep teleurstellend. Het schendt niet alleen het fundamentele recht van meisjes op onderwijs, het stelt hen ook bloot aan een aanzienlijk groter risico op uitbuiting en misbruik, waaronder kinderhandel en gedwongen huwelijken. Deze nieuwe analyse laat zien dat ook de economische impact van deze beslissing enorm is’, zegt Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland. ‘UNICEF wil elk meisje en elke jongen in heel Afghanistan op school zien leren. We zullen niet stoppen met pleiten tot dat doel is bereikt. Onderwijs is een recht voor elk kind en de basis voor toekomstige groei in Afghanistan.’

Voordat de Taliban op 15 augustus vorig jaar de macht grepen, gingen in Afghanistan meer dan 4,2 miljoen kinderen niet naar school, waarvan 60 procent meisjes. Hoewel de kosten van het niet opleiden van jongens en meisjes hoog zijn in termen van gederfde inkomsten, is het niet opleiden van meisjes in het bijzonder kostbaar. Dit komt door de relatie tussen het opleidingsniveau van een meisje en het uitstellen van het huwelijk en het krijgen van kinderen. Als meisjes niet naar school gaan, lopen zij een groter risico om op jonge leeftijd te trouwen. Ook zorgt volgen van onderwijs ervoor dat meisjes kunnen deelnemen aan het arbeidsproces, keuzes kunnen maken over hun eigen toekomst en dat zij weer meer investeren in de gezondheid en het onderwijs van hun eigen kinderen op latere leeftijd. 

Door het verbod op onderwijs heeft UNICEF op dit moment ook grote moeite om meisjes in de tienerleeftijd te bereiken met gerichte gezondheidszorg en preventie, onder meer rond bloedarmoede en menstruele gezondheid en hygiëne. Ook neemt ondervoeding bij kinderen toe. In juni 2021 werden in Afghanistan 30.000 kinderen behandeld voor ernstige acute ondervoeding; in juni 2022 waren dit er 57.000, een stijging van 90 procent. Kinderen worden verplicht om te werken om hun gezin te onderhouden in plaats van naar school te gaan, wat de veiligste plek is waar ze kunnen zijn.

De situatie in Afghanistan is in het afgelopen jaar verder verslechterd. De machtsovername in augustus 2021 heeft geleid tot het instorten van de economie en de gezondheidszorg en voor toegenomen armoede. Drie van de vijf Afghanen heeft humanitaire hulp nodig, onder wie 13 miljoen kinderen. UNICEF is al 70 jaar in Afghanistan en UNICEF blijft om de hulp te verlenen die ontzettend hard nodig is. Dat gebeurt vanuit 13 kantoren in het hele land. UNICEF levert levensreddende voeding, gezondheidszorg, vaccinaties, schoon drinkwater en helpt kwetsbare gezinnen, onder meer met cash transfers. 

UNICEF: Iedere minuut raakt een kind ernstig ondervoed door wereldwijde voedselcrisis

ondervoede-jongen-somalie-gemeten-UN0591135
Lees het gehele artikel

8 miljoen kinderen in de hardst getroffen landen lopen het risico te overlijden 

In 15 landen zijn de gevolgen van de wereldwijde voedselcrisis zo ingrijpend, dat bijna 8 miljoen jonge kinderen dreigen te overlijden door ernstige acute ondervoeding. En dit aantal stijgt met de minuut, waarschuwt UNICEF. In aanloop naar de G7, waar wereldleiders zich buigen over de mondiale voedselcrisis, roept UNICEF dringend op tot extra financiële hulp om de levens van kinderen te redden.

Sinds het begin van dit jaar zijn door de wereldwijde voedselcrisis ruim een kwart miljoen (260.000) méér kinderen ernstig ondervoed geraakt. In de 15 landen die het hardst zijn getroffen, zoals in de Hoorn van Afrika en de Centraal-Afrikaanse Republiek, komt daar iedere minuut een kind bij. De snelle toename van het aantal ernstig acuut ondervoede kinderen komt bovenop de toch al dramatische situatie voor kinderen in deze landen.  

‘De situatie is aan het escaleren’, zegt UNICEF-directeur Catherine Russell. ‘Voedselhulp is van cruciaal belang, maar we kunnen ernstig ondervoede kinderen niet redden met zakken tarwe. We moeten deze kinderen nu behandelen met therapeutische voeding, voordat het te laat is.’

Kinderen in de getroffen landen hebben te maken met een driedubbele crisis. Stijgende voedselprijzen door de oorlog in Oekraïne, aanhoudende droogte als gevolg van klimaatverandering, conflicten en de economische gevolgen van de COVID-19-pandemie zorgen voor een rampzalige situatie. En voor een razendsnelle toename van ernstige ondervoeding bij kinderen onder vijf jaar. 

UNICEF is de hulp in de 15 zwaarst getroffen landen inmiddels aan het uitbreiden. Het gaat dan om Burkina Faso, Tsjaad, Democratische Republiek Congo, Ethiopië, Kenia, Madagaskar, Mali, Niger, Nigeria, Somalië, Zuid-Soedan, Soedan, Jemen, Afghanistan en Haïti. 

UNICEF schat dat ten minste 40 miljoen kinderen in deze landen niet het minimum aan gevarieerde voeding binnenkrijgen dat ze nodig hebben om goed te kunnen groeien en zich gezond te ontwikkelen. 21 miljoen kinderen hebben überhaupt geen toegang tot voldoende voedsel om aan de minimale voedselbehoeften te voldoen, waardoor ze een hoog risico lopen op ernstige acute ondervoeding. Tegelijk is de prijs van kant-en-klare therapeutische voeding die nodig is om kinderen met ernstige acute ondervoeding te behandelen, de afgelopen weken met 16 procent gestegen door duurder geworden ingrediënten en grondstoffen. Daardoor krijgen zo’n 600.000 kinderen nu geen levensreddende behandeling en lopen zij het risico te overlijden.

Ernstige ondervoeding, waarbij kinderen veel te dun zijn voor hun lengte, is de meest zichtbare en dodelijke vorm van ondervoeding. Een ernstig ondervoed kind onder vijf jaar loopt een 11 keer grotere kans om te overlijden dan een goed gevoed kind.

UNICEF roept de wereldleiders in voorbereiding op de G7 op om 1,2 miljard dollar vrij te maken om de ondervoeding te bestrijden en te voorkomen dat miljoenen kinderen in de getroffen landen overlijden.  

Catherine Russell: ‘Het is moeilijk te beschrijven wat het betekent voor een kind om ‘ernstig acuut ondervoed’ te zijn, maar als je een kind ontmoet dat aan deze meest dodelijke vorm van ondervoeding lijdt, begrijp je het – en vergeet je het nooit meer’, zegt Russell. ‘De wereldleiders die in Duitsland bijeenkomen voor de G7 kunnen het leven van deze kinderen redden. Er is geen tijd te verliezen. Wachten tot de hongersnood wordt uitgeroepen, is wachten op de dood van kinderen.’

UNICEF: Catastrofe dreigt voor 10 miljoen ernstig ondervoede kinderen

UN0602381 (1)_1
Lees het gehele artikel

UNICEF waarschuwt dat wereldwijd de levens van 10 miljoen ernstig ondervoede kinderen op het spel staan. Onder meer in de Hoorn van Afrika verslechtert de toch al zeer zorgelijke situatie razendsnel door de aanhoudende droogte, de oorlog in Oekraïne en de nasleep van de COVID-19-pandemie. Het aantal acute gevallen van ernstige ondervoeding neemt ook in andere delen van de wereld dramatisch toe. Tegelijk stijgen de kosten van therapeutische voeding die de levens van deze kwetsbare kinderen kan redden.

Wereldwijd lijden op dit moment minstens 13,6 miljoen kinderen onder de 5 jaar aan ernstige acute ondervoeding. En dat worden er snel meer. Alleen al in de Hoorn van Afrika verwacht UNICEF dat het aantal ernstig ondervoede kinderen op korte termijn zal stijgen van 1,7 miljoen naar 2 miljoen kinderen. Maar ook in andere regio’s, zoals Zuid-Azië, zijn de cijfers zeer zorgwekkend. Dat blijkt uit de vandaag verschenen Child Alert van UNICEF.  

Uit het rapport blijkt ook dat minstens 10 miljoen ernstig ondervoede kinderen geen toegang hebben tot de juiste behandeling. UNICEF behandelt ondervoede kinderen op veel plekken in de wereld met kant-en-klare therapeutische voeding. Maar door de stijgende voedselprijzen nemen ook de kosten van deze therapeutische voeding toe, terwijl de financiering van regeringen en donoren achterblijft. Daardoor zullen nog minder kinderen toegang hebben tot levensreddende behandeling en lopen binnen afzienbare tijd de levens van nog eens 600.000 extra kinderen gevaar.   

FOTO UNICEF | Een ondervoed kind krijgt kant-en-klare therapeutische voeding in het Higlo vluchtelingenkamp in Gode, Ethiopië. UNICEF ondersteunt mobiele gezondheidsteams die levensreddende zorg verlenen aan de door droogte getroffen gemeenschappen. Na drie mislukte opeenvolgende regenseizoenen heeft de Hoorn van Afrika te maken met een van de ergste droogtes in decennia. In totaal zijn 1,7 miljoen kinderen in het gebied ernstig ondervoed.

Voor miljoenen kinderen per jaar maken de zakjes therapeutische voeding letterlijk het verschil tussen leven en dood. Bij ernstige ondervoeding is een kind veel te dun voor zijn of haar lengte, wat zorgt voor een zeer verzwakt immuunsysteem. De gevolgen zijn enorm: wereldwijd is ernstige ondervoeding de doodsoorzaak bij een op de vijf kinderen onder de 5 jaar. Om te overleven zijn ernstig ondervoede kinderen aangewezen op therapeutische voeding. 

UNICEF waarschuwt dat de financiering van hulp voor ernstig ondervoede kinderen nu al tekort schiet en naar verwachting de komende jaren verder zal afnemen. UNICEF roept regeringen en donoren daarom met klem op om financiering snel en structureel uit te breiden. ‘Er is geen enkele reden waarom een ​​kind aan ernstige ondervoeding zou moeten lijden. We kunnen dat voorkomen, maar dan moet er wel snel worden gehandeld. Er is nog maar bitter weinig tijd voordat deze situatie veel en veel erger wordt’, aldus UNICEF-directeur Catherine Russell.

UNICEF gaat hulp aan kinderen in Afghanistan opschalen

Afghaans_meisje_op_de_vlucht-UN0502897
Lees het gehele artikel

In de loop van het jaar lijden naar schatting 1 miljoen kinderen aan ernstige acute ondervoeding. Zonder tijdige behandeling lopen zij gevaar te sterven. UNICEF verstrekt levensreddende vaccinaties, gezondheidszorg, voeding en water aan gezinnen en hoopt deze zorg uit te breiden naar gebieden, die voorheen niet konden worden bereikt.

“Miljoenen kinderen missen essentiële zorg, voeding, bescherming, onderdak en sanitaire voorzieningen. We kunnen niet toekijken hoe kinderen ernstig acuut ondervoed raken. Ook levensreddende vaccinatiecampagnes tegen polio en mazelen zijn onmisbaar. Daarom blijft UNICEF niet alleen in Afghanistan, maar wordt de hulp ook uitgebreid “, aldus Suzanne Laszlo directeur UNICEF Nederland.

UNICEF verwacht dat de humanitaire behoeften van kinderen en vrouwen de komende maanden nog meer zullen toenemen. Er heerst ernstige droogte in het land en water is schaars. Ook de sociaaleconomische gevolgen van de coronapandemie en de winter die er aan komt, maken dat nog meer kinderen hulp nodig hebben. Ongeveer 435.000 kinderen en vrouwen zijn in eigen land ontheemd. Sinds januari heeft de VN meer dan 2.000 ernstige schendingen van de rechten van kinderen gedocumenteerd.

Deze jongen liep ernstige brandwonden op tijdens een aanval op hun huis.  De mobiele gezondheidskliniek van UNICEF biedt medische zorg. © UNICEF

De afgelopen jaren zijn er grote stappen gezet om de toegang van meisjes tot onderwijs te verbeteren. Het is van vitaal belang dat deze verworvenheden behouden blijven en dat alle meisjes in Afghanistan goed onderwijs krijgen. Naar schatting 4,2 miljoen kinderen gaan niet naar school, waaronder meer dan 2,2 miljoen meisjes.

UNICEF dringt er bij de Taliban en andere partijen op aan om UNICEF en partners veilige en onbelemmerde toegang te geven om kinderen in nood te bereiken, waar zij zich ook bevinden. Bovendien moeten we de ruimte hebben om te werken volgens de humanitaire beginselen van menselijkheid, neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid.

UNICEF levert hulpmiddelen aan zwaar getroffen India

Unknown-5
Lees het gehele artikel

Het gezondheidssysteem in India wordt ernstig belast door corona. Er is snel actie nodig om mensenlevens te redden. UNICEF voorziet in zuurstoftoevoer en andere kritieke noodapparatuur en helpt het land in de strijd tegen de coronapandemie. ‘Maar er is veel meer nodig aangezien de uitbraak zich razendsnel verspreidt’, aldus Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland.

Naast de zuurstofconcentrators levert UNICEF meer dan 500 neuscanules en 85 PCR-test machines. Daarnaast ondersteunt UNICEF de installatie van 25 zuurstoffabrieken voor ziekenhuizen in het noordoosten van India en in Maharashtra, een van de zwaarst getroffen staten. Ook installeert UNICEF meer dan 70 infrarood thermometers in verschillende havens in het land.

‘De situatie in India is uiterst alarmerend. Juist de meest kwetsbare gezinnen betalen de hoogste prijs in deze dodelijke coronagolf. UNICEF roept alle partijen die hulp kunnen bieden op om dit onmiddellijk te doen’, aldus Laszlo.

UNICEF steunt niet alleen de gezondheidszorg in India, maar helpt de regering van het land ook om ervoor te zorgen dat cruciale diensten voor de meest kwetsbare kinderen door kunnen blijven gaan. In alle deelstaten biedt UNICEF ondersteuning om de veiligheid en zorg voor kinderen te waarborgen.

UNICEF biedt ook technische ondersteuning aan de overheid en partners om 12,3 miljoen kinderen in 17 provincies thuisonderwijs te bieden. Bovendien helpt UNICEF India met het versneld uitrollen van de nationale vaccinatiecampagne om alle bevolkingsgroepen van het land in te enten tegen corona. Daarbij pakt UNICEF desinformatie rondom vaccinaties aan.

‘De coronacrisis is de grootste wereldwijde gezondheidscrisis in ons leven.  Maar meer dan de helft van de wereldbevolking heeft geen toegang tot de oplossing. Alleen met een eerlijke verdeling van het coronavaccin maken we wereldwijd een einde aan de coronapandemie’, aldus Laszlo. 

Syrië krijgt voor het eerst coronavaccins  

SDN202100025
Lees het gehele artikel

In het land dat al tien jaar in oorlog leeft, worden de eerste coronavaccins gegeven aan de gezondheidswerkers in het land. ‘Deze levering is een lichtpuntje voor de mensen in Syrië. Het zal gezondheidswerkers helpen om levensreddend werk te kunnen blijven doen in een land dat al tien jaar in oorlog is’, aldus Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland.  

De coronavaccins zijn in twee zendingen geleverd: 203.000 doses kwamen aan in Damascus, en 53.800 doses werden afgeleverd in het noordwesten. Het noordwesten van het land is een gebied dat nog steeds wordt geteisterd door gewapende conflicten. De komende weken en maanden zal het land nog meer leveringen ontvangen. 

In Syrië zijn 51.580 gevallen van corona bekend, maar het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk vele malen hoger. Dit maakt de levering van vaccins cruciaal. Er is meer steun nodig om de gezondheidswerkers te helpen kwetsbare mensen in te enten, waaronder ouderen en mensen met gezondheidsproblemen. 

Sinds begin maart heeft COVAX al meer dan 5 miljoen coronavaccins geleverd in het Midden-Oosten. Naast de levering van vandaag aan Syrië, bereikte COVAX ook andere landen in de regio, waaronder Iran, Irak, Libanon, Palestina, Soedan en Jemen.  

‘UNICEF heeft binnen COVAX de belangrijke rol om lage- en middeninkomenslanden van coronavaccins te voorzien. Want in een wereldwijde crisis laat je niemand achter’, aldus Laszlo.

UNICEF zal blijven werken aan het leveren van meer vaccins in de hele regio, waaronder aan door oorlog verscheurde landen zoals Jemen en Syrië. Tegelijkertijd pleit UNICEF voor een eerlijke verdeling van vaccins. Rijkere landen zouden moeten overwegen om extra doses te delen met COVAX, zodat meer mensen kunnen worden ingeënt. Het is tijd voor echte solidariteit en voor het delen van de collectieve last van deze pandemie. 

COVAX is een samenwerking tussen onder meer GAVI, de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en CEPI. Sinds 1 maart heeft COVAX meer dan 40 miljoen doses geleverd aan armere landen.